Statenvertaling
Maar het volk zeide tot Saul: Zou Jónathan sterven, die deze grote verlossing in Israël gedaan heeft? Dat zij verre! zo waarachtig als de HEERE leeft, als er een haar van zijn hoofd op de aarde vallen zal; want hij heeft dit heden met God gedaan. Alzo verloste het volk Jónathan, dat hij niet stierf.
Herziene Statenvertaling*
Maar het volk zei tegen Saul: Zou Jonathan moeten sterven, die deze grote verlossing in Israël bewerkt heeft? Geen sprake van! Zo waar de HEERE leeft, er zal geen haar van zijn hoofd op de aarde vallen! Want hij heeft dit vandaag met Gods hulp gedaan. Zo verloste het volk Jonathan, zodat hij niet hoefde te sterven.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Maar het volk zeide tot Saul: Zou Jonatan sterven, die deze grote overwinning in Israël behaald heeft? Dat zij verre! Zo waar de Here leeft, er zal geen haar van zijn hoofd ter aarde vallen. Want met Gods hulp heeft hij heden dit verricht. Zo bevrijdde het volk Jonatan, en hij stierf niet.
King James Version + Strongnumbers
And the people H5971 said H559 unto H413 Saul, H7586 Shall Jonathan H3083 die, H4191 who H834 hath wrought H6213 this H2063 great H1419 salvation H3444 in Israel? H3478 God forbid: H2486 as the LORD H3068 liveth, H2416 there shall not H518 one hair H4480 - H8185 of his head H7218 fall H5307 to the ground; H776 for H3588 he hath wrought H6213 with H5973 God H430 this H2088 day. H3117 So the people H5971 rescued H6299 ( H853 ) Jonathan, H3083 that he died H4191 not. H3808
Updated King James Version
And the people said unto Saul, Shall Jonathan die, who has wrought this great salvation in Israel? God forbid: as the LORD lives, there shall not one hair of his head fall to the ground; for he has wrought with God this day. So the people rescued Jonathan, that he died not.
Gerelateerde verzen
Handelingen 27:34 | Handelingen 21:19 | Handelingen 14:27 | Jesaja 29:20 - Jesaja 29:21 | Nehémia 9:27 | 1 Koningen 1:52 | 2 Korinthe 6:1 | 2 Samuël 14:11 | Filippenzen 2:12 - Filippenzen 2:13 | Openbaring 17:14 | Lukas 21:18 | 2 Kronieken 19:11 | Matthéüs 10:30 | Jesaja 13:3 | Handelingen 15:12 | Openbaring 19:14 | Romeinen 15:18 | 1 Samuël 14:23 | 1 Korinthe 3:9 | 1 Samuël 19:5